Een bloemenveld, bellen in een kop koffie, licht door een beregend raam, een bandenspoor op een kiezelpad. Dit klinkt waarschijnlijk als totaal verschillende situaties. Tóch, in mijn ogen, hebben ze een wezenlijke overeenkomst. Qua vorm, patroon, textuur en contrast. Dit moet je ontdekken. Je moet ervoor openstaan. Mijn hele leven ben ik hier al mee bezig en ontwikkel ik dit zintuig verder iedere keer als ik kijk. Nog steeds ben ik hier in mijn dagelijks leven mee bezig. Het is als een zoekspelletje, een geheugentrainer. ‘Je komt een gele fiets tegen, met een knalblauwe fietsbel op het stuur. Je loopt door en verderop zie je een blauwe fiets leunend tegen een hek, toevallig met een knalgele fietsbel.’

Eerst nam ik alleen waar. Sinds ik foto’s ben gaan maken van dingen die mij opvallen kan ik deze dingen ook terugkijken, organiseren en delen. Het is bijzonder dat waarnemingen op locatie vaak losstaan van associaties. Wanneer je waarnemingen verzameld, kan je ze later ordenen op verschillende gelijkenissen. Bijvoorbeeld: kleur, vorm, herhaling, compositie of gevoel.